dinsdag 29 oktober 1996

GEREFORMEERDE BOND NEEMT TOCH AFSCHEID VAN ERFDEEL DER VADEREN

Een zwarte dag in Amersfoort. Langzaam beginnen de reac­ties los te komen. In een weekblad sprak de gerefor­meerde ds. Overeem van een kerk­politieke zet van de Gere­for­meerde Bond. Echt hartelijke medewerking ten dienste van de nieuwe kerk kan het nog niet genoemd worden, con­stateert hij tot zijn spijt. Een her­vormde dominee uit Hoofddorp vindt het fijn dat de Gerefor­meerde Bond tòch meegaat in het Samen-op-weg-"pro­ces". Veront­waardigd stelde een bonds­dominee daar tegen­over dat men niet zou mogen stellen dat hij "meegaat"; welnee, hij "blijf­t" slechts. Zulk gegoo­chel met woorden zal ook nog wel even aanhouden, vrees ik... Maar laten we eerst eens bezien wat er gebeurd is tijdens de kerkenra­dendag te Amersfoort op zaterdag 21 september 1996.

De laatste wagon. Reeds maanden geleden besloot de Confes­sionele Vereni­ging in de NHK om zich kritisch neer te leggen bij de voorgenomen "fusie" van de NHK met de gere­formeerden en Luthersen. Nu is ook de Geref. Bond overstag gegaan. Men houdt niet langer vast aan de belijdenis en historie der NHK. Zelfs pleit nagenoeg niemand er meer voor om het woord hervormd nog op te nemen in de naam van de toekom­stige kerk. Omdat het jarenlan­ge verzet van de Geref. Bond geen effect heeft gehad in de synode der NHK, rijdt de SOW-trein verder. Op het laatste moment, maar nog net "op tijd", zijn de meeste Bonders op "Station Amers­foort" ingestapt. Vanuit de laatste wagon kunnen zij nog even zwaaien naar de achterblij­vers... Hoe kon het zover komen?

Allereerst de gedachtengang. Binnen de Geref. Bond heeft men onder druk afscheid genomen van de overtuiging dat je het erf­deel der vaderen behoort te onderhouden en te beschermen tot in de dood. Omdat hier te lande het recht struikelt op de straten, zag de Geref. Bond de toekomst zwaar in, want men zag de grote massa voorstanders van SOW er al vandoor gaan met de rechten der NHK. Gebouwen, geld en archieven zullen worden meegenomen door degenen die geen recht op de kerk hebben, en dit alles zal dan verloren zijn voor "ons". Want de Bonders zouden op zijspoor geraken. Dit is de Bond te bont. Wat er ook gebeuren mag, dàt nooit... Want buiten de VPKN zou het met de Bonders niet goed aflo­pen, zo vrezen zij zelf... Hoezo niet? Ik loop de voor­naamste argumenten eerst even langs. Ten eerste: Buiten de VPKN zouden de Bondsgemeenten de ene scheuring na de andere gaan beleven. Ten tweede: Buiten de VPKN loop je het gevaar het contact met de grote menigte te verliezen. Ten derde: Je loopt het gevaar zelfge­noegzaam te worden. Ook eenzij­digheid ligt op de loer. En zo worden er nog meer "scha­duwkanten" opgesomd van toekomstige trouw aan de oude NHK. In de ogen der Geref. Bond dreigt dit soort gevaren kennelijk niet als je overstag gaat. Meedoen aan de VPKN is veili­ger, want dan buig je onder het oordeel en daar blijf je "ootmoe­dig" bij... En loslating van de gerefor­meerde belijdenis is op de keper beschouwd geen halszaak, want de religie is onaantastbaar in het hart der gelovi­gen.

Het vreemde is echter dat terwijl de Geref. Bond het ene moment zich­zelf oot­moedig lijkt te wantrouwen, dezelf­de Bond het volgende moment een enorm vertrouwen blijkt te hebben in de gees­telijke kracht die in eigen gelederen werkzaam is. Zo gaat men dan vol vertrou­wen verder in de VPKN, zonder vrees voor scheuring, hoogmoed en oordelen Gods. Want daar, in de VPKN, zal het best goed gaan omdat er "voor ons" toch eigen­lijk niets veranderen zal in de toekomst, spiegelt men zichzelf voor. Men bedoelt: Een bondsgemeente blijft wel z'n bonds-gangetje gaan; en als de instroom van linkse broeders het klimaat verziekt, nou ja, geen nood, dan sticht je toch eenvoudigweg een bij­zondere wijkgemeen­te, of je maakt aanspraak op een perforatiemaatregel. Over scheuringen van de gemeente gespro­ken ...!

De laatste tijd worden er in toenemende mate zelfs voordelen gezien in het SOW-proces; immers je zult ook gerefor­meerden en luthersen met het Woord kunnen bereiken in de toekomstige VPKN. Eigen­lijk is het hele SOW-plan misschien nog niet eens zo slecht, tenminste ... als wij, geref. bonders, er straks (over twee of tien jaar) maar bij zijn om een oogje in het zeil te houden... Daarom knijpt men nu alvast een oogje toe, om straks, wanneer de omwenteling (fusie) heeft plaatsgevonden de ogen open te kunnen doen, om dan te kunnen constateren dat "er toch niets meer aan te doen is", of "dat het wel best is zo."

De ommezwaai gaat nu snel omdat het denken al jaren- lang wordt aangepast. Er zijn nieuwe gedachten ontstaan. Bij voorbeeld: In het recente verleden hamerde men nog op het belang van de volkskerk, het Verbond, de belij­denis en de historie der NHK. Men kon het erfdeel der vaderen niet prijsgeven, d.w.z. men mocht de kerk als planting Gods beslist niet loslaten, men kon niet instem­men met het wegvallen der NHK. Maar nu deze nood verleden tijd is, blijkt men een nieuwe redene­ring ontworpen te hebben, en die luidt: Omdat de 19-e eeuwse hervormde kerk veel slech­ter was dan de VPKN, daarom kunnen wij ook wel mee met SOW, aldus dr. ir. van der Graaf tijdens de vra­genbeant­woording. Hij en anderen menen: er zullen geen rare dingen gebeuren, want "wij" zijn er per slot van rekening zelf bij! Weliswaar spreekt de Geref. Bond van behoefte aan een "geestelijke opwekking", maar door te vertrouwen op een toekomstige opwekking begint men zijn verantwoordelijk­heid voor het heden te vergeten. Immers een opwekking wordt uitgespeeld tegen handhaving van de gerefor­meerde belij­denis op de oude plaats in de kerk nu. Dit wordt nagela­ten, terwijl het belang­rijkste nu geworden lijkt te zijn: een TOEKOM­STIGE geestelijke "opwek­king". Hier s­chuilt een adder onder het gras, want hiermee wordt het oude erfdeel verzaakt. Het accent dat voorheen op de belijdenis en de historie lag is nu VERLEGD NAAR DE TOE­KOMST. Dit doet sterk denken aan de ethische theologie uit de vorige eeuw! Gunning en Chan­tepie de la Saussaye dach­ten in deze rich­ting; niet gereformeerd dus! De historie toont waar dit op uit­loopt. Zo blijkt maar weer hoe ge­vaarlijk het is om een vluchtpoging te ondernemen naar een toekomstige geestelij­ke opwekking. Wie al zijn aandacht op de toekomst richt verliest het contact met het heden; hij is als die zijn onbewaakte huis door dieven laat doorgra­ven! Al met al blijkt hieruit dat er een dieperliggende reden aan­wezig is voor het succes van SOW, en dat is: het verlaten van de leer. Maar ach, in Bondskringen lopen velen momenteel over van geloof en vertrouwen. Men doet alsof er geen middenweg meer bestaat tussen meedoen en afscheiden.

Naboth gaat alsnog in op Achab's aanbod. U moet zich de ommezwaai van de Geref. Bond alsvolgt voorstellen: Naboth (1 Kon. 21) heeft koning Achab op bezoek gekregen. Deze bood hem een grotere wijn­gaard aan in ruil voor zijn erfdeel. Naboth weigert dit. Dan dreigt Naboth het leven te moeten verliezen. Stel u voor dat Naboth zichzelf toen nog eens achter de oren gekrabd zou hebben en tot de volgende slotsom gekomen zou zijn: Ik, Naboth, kan eigen­lijk ook best mijn erfdeel laten gaan nu het niet anders kan, want ik ben er per slot van rekening zelf bij als ik overga naar Achab's wijngaard. Ik blijf. Ik blijf die ik was. Ik blijf bidden. Ik blijf inwendig het geloof trouw. Ik blijf ook waarschuwen tegen de zonden van Izebel en Achab. Dus de conclusie luidt: Ik, Naboth, kan in die àndere wijngaard met Gods hulp ook zegenrijk werk ver­richten... Dus wat belet me? Zodoende heeft "Na­both" tenslotte in 1996 vol "vertrouwen" en "in stil­heid" het hoofd gebogen.

De meelevende lezer weet wel dat de Geref. Bond steeds op het voorbeeld van Naboth gewezen heeft als argument om nee te zeggen tegen SOW. Wist men wat men zei? Of komt het ons nu niet meer zo van pas? In elk geval: Wat er nu veranderd is, kan in het kort worden samengevat als­volgt: Naboth is toch op stap gegaan om Achab's wijngaard in bezit te nemen en heeft het erfdeel van zijn vaderen achter zich gelaten. Hij krijgt een betere wijngaard. Het is wellicht een grotere, en hij gaat een maatschap aan met twee andere compagnons, om samen die grotere hof te bewer­ken. Nu heeft Naboth het erfdeel wel weggegeven, maar vergis je niet, Naboth blijft echt dezelfde, hoor! In de nieuwe wijngaard blijft hij strijden voor de dienst des Heeren, doch hij is in de minderheid en moet dus het geloof als een privé-zaak gaan beschouwen, want dat be­hoort nu eenmaal zo in een onchristelijke tijd. Zo heeft hij het erfdeel wel verla­ten, maar hij heeft het erfdeel in gééstelijke zin meege­nomen in zijn hart, en nu buigt hij in de nieuwe wijngaard onder het oordeel, maar zijn religie is zodanig verdiept dat hij niet meer terug zou willen naar dat oude uitwendi­ge erfdeel der vaderen. Hij zucht in de nieuwe wijngaard onder de oor­delen; dat is veel fijner, want daar voel je je veel ootmoediger bij dan bij al dat geprotesteer van voorheen... Nu moeten wij opletten wat dit wezenlijk inhoudt anno 1996.

"Naboth" anno 1996. In de gedach­ten­gang van de Geref. Bond ligt het accent ineens niet meer op het erfdeel, maar... op het eigen zijn, de eigen groep. Nu put men dus nieuwe moed uit het subjec­tieve, het zelfbe­wust­zijn. Dit is een over­stap naar het moderne; dit is revolutie! Waarom lijkt dit verraad géén verraad? Omdat woorden die niet uit het geloof stam­men, blijkbaar heel rékbaar en inhoudsloos zijn. Immers "Naboth" heeft een nieuwe stelling bedacht: "Naboth" houdt zijn prin­cipes in z'n hart wel vast voort­aan; hij zal ze ook blijven uitdragen in de prak­tijk. Wie is daar (door genade) beter toe in staat dan hìj? Hij is immers de meest getrouwe, hìj heeft het langst verzet geboden, van hèm gaat het meeste getuigenis uit om mensen­zielen te redden. Kan hìj er wat aan doen dat hij zodoende ook nog het leven redt? Dit moet veeleer als een "zegen" aangemerkt worden, want wat is erger dan een hoog­moedige martelaar? Zo redt "Naboth" tegenwoordig zijn leven, zijn geld, zijn auto, zijn pastorie, en zijn gezicht. Het scheelt hem niks meer dat hij niet op de oude bodem staat. Want, ach, aan dat erfdeel man­keerde ook zat... Moet je horen, in het ver­leden is er wel eens een goddeloze voor­vader geweest die in z'n wijn­gaard geofferd heeft aan Baäl... Nou, en dat eist Achab niet eens van me. Dus kan ik best op diens aanbod ingaan desnoods...

Het voorbeeld van Naboth heeft de Geref. Bond ons zelf in handen gegeven. Besefte de Bond wel wat dit voor­beeld inhoudt? Of grijpt men slechts naar Bijbelteksten zolang het risico afwezig is? Wat hebben dan al de woorden nog voor betekenis?

De hédendaagse "Na­boths" van de Geref. Bond vinden het helemaal niet meer onoverkomelijk om het erfdeel los te laten, want ze hebben in de gaten gekregen hoe waarde­vol hun leven in kerkelijk opzicht is (door Gods genade) en hoeveel goed werk ze nog kunnen doen buiten het erf­deel. De Bonders vinden het gewoonweg zonde van hun gees­telijke gaven en talen­ten om zich kerkelijk te laten steni­gen door degenen die geen recht op het erfdeel der kerk hebben. Daarom weten ze precies hoever ze kunnen gaan. Daarom willen ze beslist geen schijn van "opstan­dig­heid" op zich laden, maar buigt men liever het hoofd, staat men op, zingt men van Gods trouw. Een predikant riep zelfs vol vuur uit dat God het SOW wil. Zei Gottfried van Bouillon dat ook niet van de kruistochten?

In de nieuwe "wijngaard" streeft men ernaar om evan­geliserend in contact te komen met de vrije massa. Het doel heiligt de middelen. Men zegt wel dat nu echt de grens is bereikt, en dat men niet verder in de oecumene samen op stap gaat met Rome, maar dit is uiter­aard ook voor herroeping vatbaar, evenals het "Nee" van Putten.

Samenvattend: Enerzijds heeft de Geref. Bond niet om SOW gevráágd, en neemt men dus met tegenzin afscheid van de NHK, maar ander­zijds gaat men vol vertrouwen verder in de VPKN. Ditmaal zònder vrees voor scheu­rin­gen! En zònder ernstige vrees voor verknussing, zelfgenoegzaamheid, vrij-blijvendheid en hoogmoed. Een merk­waar­dige tegenstrij­dig-heid is dat.

Woordenspel. Wat mag de Geref. Bond voorheen bedoeld hebben met: "wij kunnen niet mee"?! Nu doet men voorkomen alsof dat toch wel een te groot woord was en alsof 't onduidelijk was. Nu neemt men in meerderheid de schijn aan alsof er helemaal geen sprake is van "meegaan", want men zegt: we "blijven" toch gewoon?! Dus gaat men naar de VPKN mee onder het mom van "blijven." Dit is uiterst onoprecht, want als "meegaan" hetzelfde is als "blijven", dan had men in Putten in 1992 de mogelijkheid van "meegaan" ook niet behoeven uit te sluiten... Dit is geen ruiterlijke erken­ning. Hier is gewoon politiek in het spel; woorden ver­draai­en; 'n oneerlijk spel.

Ander geval: Van een Utrechtse docent, ook bonder, werd enige maanden geleden een lezing aangekondigd, waarin het zou gaan over: Meegaan, afscheiden of blijven? Maar ook dan zal het erom gaan wat deze doctor onder "blijven" zal verstaan. Het verontrustende is dat sommigen tegen­woor­dig met een stalen gezicht durven beweren dat "mee­gaan" het­zelfde is als "bli­jven". Velen wagen het om "meegaan" als "blijven" te definië­ren. Meegaan naar de VPKN zou nu plotseling `Hervormd blijven' betekenen, terwijl dit 4 jaar daarentegen door dezelfde Geref. Bond nog als òntrouw werd geken­schetst! Je wrijft je ogen uit als je nu zulke leugenconstructies leest.

Reacties in de pers. De Geref. Bond goochelt thans voort­durend met begrip­pen als "mee­gaan" en "blijven", en men verwart de NHK met de toekomstige fusiekerk. Deze misvat­ting bleek ook uit het verslag in het dagblad Trouw. Deze krant schre­ef: "Bonders blijven toch her­vormd" (1). Maar het hervòrmd blijven heeft nooit ter discussie ge­staan, dus had de krant behoren te schrijven: Bonders gaan toch mee naar VPKN. Maar nu veronderstelt de "kop" van het artikel in Trouw dat de Bond voorheen (sinds Putten 1992) wellicht van plan geweest is om afscheid te nemen van de Hervormde Kerk. Niets is minder waar. Want de Geref. Bond heeft deze gedachte (terecht!) altijd verworpen. In Putten hield de Geref. Bond oprecht vast aan de NHK.

Ik haast mij om te zeggen dat het verslag in Trouw inhou­delijk toch nog eerlij­ker was dan dat in het RD, want terwijl Trouw aangeeft dat de Geref. Bond het "wij kunnen niet mee" heeft afgezwakt, doet het RD voorkomen alsof de Geref. Bond nu een dilemma van Putten te boven is gekomen (2). Net alsof zo'n koerswijziging er wel mòest komen. Terwijl het RD doet alsof de huidige koers van de Geref. Bond nodig zou zijn om aan "Putten" inhoud en gestalte te geven, duidt Trouw de stap van "Amers­foort" aan als een koersWIJZIGING. Maar het RD verbloemt de zaak en doet alsof er geen sprake is van een ommezwaai doch dat dit slechts een nadere uitwerking van het beleid is. De be­richtgeving in Trouw is juister; immers het Bonds-dilemma van 1992 was helemaal niet iets wat men "te boven" zou moeten komen! En zeker niet door een keuze! Integen­deel: geen knieval en geen afscheiding, maar: nood moet nood blijven, opdat de zuch­tende kerk en het vaderland niet door verraad zullen worden af­gebroken, maar uit vrije gunst door de Heere gered als het Hem behaagt. Iedere andere stap betekent een weglopen onder het oordeel van­daan.

Nood moet nood blijven. Dat het noodzakelijk zou zijn om het "dilemma" van Putten "te boven te komen", wat je nu opeens hoort roepen, is een nieuw verzinsel. Dit is er later, na de synodebe­sluiten, bij bedacht, want in Putten wist men heel goed wat er gebeuren moest, n.l. handhaving van de oude her­vormde belijdenis tot in de bredere verga­deringen toe. In Putten was de Geref. Bond fel gekant tegen de synodale gedachte dat men als hervormd-gere­for­meerden maar tevreden moest zijn met zijn eigen plaat­selijke gemeenteleven; oftewel met een "eigen stekje". Dat is onkerke­lijk ge­dacht, vond ir. van der Graaf toen. Trouwens de hele vergade­ring wees dit soort dingen af. Maar in Amers­foort heeft men dit wel aan­vaard, omdat het toch ook wel bij "de realiteit" zou aanslui­ten, zeggen sommigen.

In Putten hield men vol de kerk te zullen beschèrmen. Tussen haakjes: van ambtsdragers mag ook niets anders verwacht worden dan dat. Dit beteken­de wel diepe nood. Maar de nood moest juist nood blijven; alleen in de weg van verlossing zouden kerk en natie gered en her­steld kunnen worden, namelijk wanneer het Verbond door de Heere genadig aanschouwd wordt (3). En tot zolang zal de gemeen­te van Chris­tus onder het kruis waardig geacht worden om voor Zijn Naam te lijden. Dit lijden betekent niet dat de verraders der kerk vrij spel hebben. Niemand die de belij­denis der kerk poogt te vervalsen mag erop rekenen dat hij straffe­loos zijn revolutio­naire gang kan gaan; integen­deel: hier is geen discussie mogelijk, maar hier zijn tucht­maatrege­len op hun plaats! Helaas, het recht strui­kelt op de straten. Maar nog erger is de ontrouw dergenen die 4 jaar geleden de kerk beloofden te beschermen omwille van des Heeren huis, maar die haar 21 september 1996 prijsgaven aan revolu­tionair geweld. De huurlingen laten Christus' bruid nu in de steek. Omdat men rust verlangt, doet men nu alsof de NHK niet veel bijzonders is. Ootmoed kan wel eens goed uitkomen; men kan er de NHK mee losla­ten. Men kan er het lijden mee ontgaan; men kan bekering uitstellen; men kan het geloof verduisteren. Intussen lijkt het erop dat voor de huurlin­gen (maar ook voor ande­ren) de rust is weer­gekeerd.

De "rust" weergekeerd? Het is werkelijk verbijsterend om te constateren dat allerlei "contextuele" bonders die enkele maanden geleden door de Geref. Bond nog fel tegen­gesproken werden in hun plei­dooien voor SOW, nu ineens vol­ledig gelijk hebben gekre­gen; ja erger, de Bond heeft deze theologen links inge­haald door niet of nauwelijks meer te praten over het woord "Her­vormd" in de naam van de toekom­stige fusie­kerk. En dat terwijl een bepaalde bonds­predi­kant, die allang voorstan­der is van S.O.W., er nog wel voor gepleit had (enkele maanden geleden) dat het woord "Hervormd" in de naam van de toekom­stige fusie­kerk opgenomen zou wor­den... Zelfs dàt behoeft nu blijkbaar ineens niet meer. Er behoeft niets meer. Rust hebben we nodig. De bereidheid tot lijden wensen we wel te bewonde­ren in christenen van Hongkong, maar die lijdende christe­nen behoeven de over­blijfselen van het lijden van Christus niet te zien in òns... Zij behoeven alleen ons geld te zien. Wij halen graag onze portemonnaie voor de dag en we geven gul aan lijdende christenen ver van ons bed. En daarmee uit. Geen gemeen­schap, geen samen-lijden. Wij hebben rust ver­diend.

Rust eigent men zichzelf toe door middel van een vaak misbruik­te HALVE uitspraak uit 1854 van dr. H.F. Kohlbrug­ge, "...en ik geloof, dat zoo het Woord er maar inkwam, men nog wonderen zou zien!" Doch Kohl­brugge schrijft niet: doe maar een knieval en je kunt volop gaan preken en bovendien wonderen verwachten, maar hij zegt er wat anders bij, n.l.: "...er is geen H. Geest, want er ligt een ban op land en kerk en er zuchten er velen onder de knoopen en banden der goddeloos­heid" (4). Het is deze ban die door hedendaagse huurlingen niet wordt gevoeld noch beweend.

Allerwege is de rust weer­gekeerd, in de Herv. synode, in de GKN, in de Geref. Bond, doch... het is in alle gevallen een valse rust. Helaas, velen menen dat het verderf en de val van de kerk hun niet aangaat. Dit zal een enorme vergissing blijken te zijn.

Ook in het kamp der ernstige afgescheidenen (buiten de GKN om) is de rust weergekeerd. Hun argwaan t.o.v. de Geref. Bond is weer eens bevestigd: Zie je wel, die Geref. Bond is toch niks... Nu zijn afge­scheiden christenen in hun eigen gelijk bevestigd. Men is nu tot de -even­eens liefdeloze- con­clusie gekomen dat het wolkje als eens mans hand niets gebleken is en dat het dus maar beter is om je op jezelf te houden. Ook deze rust is een rust des doods.

Doperse invloeden en roomse belangen. Het komt erop neer dat de Geref. Bond overstag gaat met als doel: evan­gelise­rend i.p.v. gezaghebbend in con­tact te kunnen komen met een grote massa voormalige her­vormde, gereformeerde en lutherse christenen. Ik schreef al: hier neemt het zelfbe­wustzijn de plaats in van het objectieve. Ik zou het ook zo kunnen zeggen: Hier laat de Geref. Bond de lijn van het Verbond los. Hier breekt de vrij­blij­vendheid door. Hier wreekt zich duide­lijk de invloed van Karl Barth en van de evangeli­calen in de Geref. Bonds­kringen gedurende de laatste tientallen jaren. Nu offert men de vader­landse volkskerk op, ja, men offert het Verbond op aan een toe­komstige VPKN, een meningsin­stituut op vrijwillige basis, dat niet meer gebonden zal zijn aan de drie Formulieren van enig­heid en dat derhalve tegenover de kerk van Rome geen recht van bestaan "onder het kruis" meer zal hebben. Alleen Rome spint goed garen bij het wegvallen van de NHK, want nu wordt het corpus christianum door de hervormden losgelaten, samen met de kerk, en zij gaan nu samen met afgescheidenen op een lege, afgescheiden basis verder (5). Nu wordt de kerk door de Geref. Bond vergeestelijkt; men acht de religie op haar plaats in het hart van de gelovi­gen en meer niet. Rome zal er wel blij om zijn dat de Geref. Bond de doperse koers gaat in deze. Want dan kan Rome de preten­tie gaan voeren dat zij het corpus christia­num vertegen­woordigt. Dit heeft verregaande gevol­gen. Dit bevordert de europese integra­tie. Dit breekt de kracht van Neder­landse natie af. Dit is ook geheel strijdig met onzer landen staat! Men denke slechts aan de staatsrech­telijke binding tussen kerk en Oranje!

Regering en tucht zijn nu echter allerwege uit het gezichtsveld verdwe­nen, want de vrije mens staat centraal; vandaar dat evangelisa­tiemoge­lijkhe­den meer in trek zijn dan het Verbond en de vaderlandse kerk­structuur. Wat wil nu de Geref. Bond in de toekomst? Men wenst persoon­lijk, desnoods met loslating van de NHK, in contact te kunnen treden met de massa die geen "last" meer wil hebben van het Verbond. Want geboorteleden worden door de VPKN afge­voerd. Hier rooft men het recht Gods. Hier offert men de zicht­bare kerk op aan z'n eigen evan­gelische idealen, met openheid naar het remonstrantisme toe. Samen met de wolven in het bos huilt men tegen de Dordtse Leerregels. Men col­laboreert met de vijand, onder het mom van nog wat invloed ten goede uit te oefenen in het vijandige kamp. Met verder nog als uitvlucht dat er niets mis is omdat de kerk in het hart van Gods kinde­ren altijd wel bewaard blijft. (Echter in vorige tijden noemde men dit soort ideeën dòpers...)

Een veelgehoorde uitvlucht van de Geref. Bond is dat zij niet meegaan, maar dat zij meegenomen WORDEN naar de VPKN. In hun ogen wil de middenorthodoxie zelf dat er een VPKN komt, maar de Bonders kunnen er niets aan doen. Dit is een oneigenlijke tegenstelling, want ook anderen kunnen op hun beurt stellen dat zij door econo­mische noodzaak ge­dwòn­gen worden tot fusie...

En zo zullen er nog wel meer schijn­schone woorden uit­gevon­den worden om het beestje dat op 21 september 1996 in Amers­foort geboren is een aantal schoonschijnende namen te kunnen geven.

Verontrustende vooruitzichten. Intussen kan de synode rustig gaan slapen, want de Geref. Bond in de NHK zal -naar het lijkt- een Geref. Bond in de VPKN worden. En daarmee uit. Ook de ouderwetse afgescheiden broeders kunnen rustig gaan slapen, want hun argwaan is nu wel gegrond gebleken. Intussen gaat de Geref. Bond -luidkeels protesterend tegen afscheiding- toch wel met afgescheide­nen in zee, op weg naar een nieuwe kerk. Hoe kan dat? luidde de vraag van iemand in Amers­foort. Maar, helaas, er werd op de middag van 21 september niet veel antwoord meer gegeven. Er kon niets meer gezegd worden. De woorden die gesproken werden waren leeg, on­vast, onzeker. Er was eigenlijk sprake van sprakeloosheid.

In de wandelgangen, tijdens de middagpauze was sprake van luidruch­tigheid bij sommigen. Een "rechtse" bondsdomi­nee stond op straat ten overstaan van een aantal bezwaarde broeders luidkeels te beweren dat je de VPKN-kerkorde best kunt ondertekenen zonder het ermee eens te zijn. Dit is echter de taal van alle collaborateurs, in alle tijden. Menigeen werkte in oorlogstijd met de vijand samen in de hoop zijn eigen volk te kunnen bevoordelen (en zichzelf te vrijwaren).

Men probeert zichzelf te overstemmen met dergelijke rede­naties. Doch men staat met dit redeneren alleen voor een afgrond. Het ergste is: God wordt er niet in gemist.

Verder viel het ook op dat sommigen die hervormd willen blijven, nu gemeden worden; allerlei verhoudingen zijn kennelijk bekoeld. Verbijs­terend is het om te zien hoe veranderlijk de gunst der wereld is.

Verschil tussen Putten en Amersfoort. Wie de beide kerken­radendagen meegemaakt heeft, in 1992 resp. 1996, zal gemerkt hebben dat er groot verschil was tussen die twee. In Putten waren diverse kerkeraden aanwe­zig die nu door afwezigheid schitterden. En wat erger is: In Putten was men eensgezind, in Amersfoort echter zeer verdééld. Dit moest voor de Geref. Bond al voldoende signaal geweest zijn om op z'n schreden terug te keren! Maar helaas...

Tranen van verdriet waren er niet in Amersfoort. De opstelling was hard, gehaast, dweperig. Om eigen ontrouw te vergeten, kon men veel te horen krijgen over "Gods trouw". Maar -in tegenstelling tot Putten- klonk dat in Amersfoort hol en leeg. Tranen vanwege deze verloochening werden niet gezien. De Petrus-gestalte ontbrak. Men poogde boven zichzelf uit te komen door staande te zingen, maar de zang klonk niet zoals in Putten. Er zat niet die geest en dat leven in van toen. Men kan maar niet doen wat men wil buiten de rechte weg des Heeren, en dan toch zegen verwachten. Alles wat van Amersfoort overbleef is: een kwaad geweten!

Het was ronduit gemeen dat degenen die in Amers­foort bezwaar maakten tegen de gang van zaken constant een tik over hun vingers kregen doordat hen voor de voeten werd geworpen dat zij immers ook KO-'51 hebben ondertekend, en -ten tweede- dat Regl.-1816 veel erger was. Houd uw mond maar, betekende dat. Zodoende mocht er in Amersfoort geen verweer in stand blijven tegen SOW. Dit is niet recht, want het is nimmer geboden om vanuit het éne kwaad ook goedkeuring te hechten aan het àndere kwaad. Zo laag­hartig ging het er in Putten niet aan toe, integen­deel! Want toen werd dr. Gravemeijer zeer toepasselijk en met instemming geciteerd. Toen bleek dat Grave­meijer in de jaren-60 het verkéérde van KO-'51 begon door te krijgen. Dit werd niet verbloemd; KO-'51 diende ook niet als excuus om de VPKN te aanvaarden.

Maar nu, 4 jaar later, is Gravemeijer vergeten. Ook het "Hervormd Pleidooi" (ontstaan in de kring van Vrienden van Kohlbrugge) is weg­geborgen. Over het "Hervormd Adres" van ds. R.H. Kieskamp wordt evenmin meer gerept. En dat zijn juist de allerbèste stukken die in deze jaren het licht hebben gezien. Maar helaas, de nieuwe ingedrongen "leiders" zijn op dit moment: ds. Hovius (6) en ds. L.H. Oosten (7), die eraan bijdragen om de weg naar Rome en naar de VPKN vrij te ma­ken. De Geref. Bond bewerkt dit via het ego-denken, het groepsdenken, via het zelfbe­wust­zijn, via de wil-tot-macht, via de groeps­autonomie (de Kuij­periaanse gedachte van soevereini­teit in eigen (Bond­s)­kring), dat is: SOW triomfeert via het sek­tarisme. Men laat de kerk los en men neemt zijn toevlucht tot de sekte.

Verder is het zo dat de Geref. Bond van plan is om -eenmaal in de VPKN gearriveerd- daar weer een Bond op te richten TOT VRIJMAKING van de NHK (let wel: het doel van de oprichting van deze Bond in 1906). Dit is een middeltje om het geweten te sussen. Eerst geeft men de kerk prijs, en daarna zal men de kerk weer tevoorschijn gaan toveren. Dit is ook weer zo'n uitspraak die nu al op de nominatie staat om weer her­roepen te worden, want elk kan nagaan dat zoiets tot een scheur in de VPKN en dus tot afscheiding zou leiden. Als de fusie voltooid is, kan men de NHK helemaal niet meer lospellen uit het nieuwe geheel. Wat dan? Te laat achter zoiets komen, en dan weer zeggen "Ach, we kunnen er niets meer aan doen!"?

En het ergste van alles is: ROME kijkt lachend toe dat de eenheid van kerk en vaderland steeds verder teniet gaat, met behulp van de Confes­sionele Vereniging en de Geref. Bond. Hierdoor komt de kring van vrien­den van Kohl­brugge alleen te staan. Hierover nu verder niet.

En het Gekrookte Riet? Het mag ook niet zo zijn dat men een nieuwe oude Hervormde kerk opricht. Dit zou afschei­ding zijn! Artike­len in het Gekrookte Riet lijken echter er een beetje op gericht om dit wel als mogelijkheid open te houden. Verder belooft hun kerkenradendag (D.V. in dec. of jan. te beleg­gen) niet veel beters, -ik kan niet anders zeggen- omdat ds. C. van den Berg in Maartensdijk, 12 okt. j.l., blij­kens verslag in RD, ongeveer hetzelfde geluid als de Geref. Bond ten gehore bracht, zij het dat hij enkele jaren achterloopt bij de Bond vergeleken. Ds. de Bode werd in Maartensdijk weinig anders beantwoord als ds. Rijken in Amersfoort!

Daarnaast is de basis in de kring van het Gekrookte Riet niet sterk. Kerkbesef ontbreekt nogal. Van schuldbe­sef ten aanzien van zondige com­promissen in het heden wordt niet gehoord. Ook het Gekrookte Riet, of juist het Ge­krookte Riet, praat mee in het koor van mensen die alom verkondigen dat de kerk nu een minder­heid geworden is in een onchris­telijke tijd. Men verwart het persoon­lijke leven met de kerk, men verwart het ingaan in het Verbond met het Verbond zelf; daardoor mist men het kerkbesef even­eens. Dit belooft niet veel goeds, want ken­nelijk zijn de ogen gesloten voor het feit dat de Heilige Schrift niet weet van een zoge­naamd post-chris­telijk tijd­perk.

De "zeven­duizend" ten tijde van Elia vormden geen minder­heid; de "rest" die door weder­keer behoud zal vinden wordt door de profeten ook niet als minder­heid aangeduid tegen­over een ander deel dat "meer­der­heid" genoemd zou mogen worden. Niets van dit alles. Er is nu slechts sprake van een tijd van afval en ontrouw. Zware slagen zijn op komst vanwege de overtre­ding. Zelfonderzoek is aan de orde. Het is nodig om God te zoeken. Mis­schien zult gij verborgen worden in den dag van den toorn des HEEREN. Ver­bonds­herstel is aan de orde. Eigen­liefde eist echter de voorrang.

"De kerk zij enkel hagepreek" wordt wel gezegd in vredestijd. Maar vage uit­spraken zijn in deze tijd onvol­doende; in­tegendeel: nu is trouw aan de gereformeerde belijdenis nodig. Belij­denis van schuld, geloof in Chris­tus en nieuwe gehoorzaam­heid door de leiding van de Heili­ge Geest. Maar ook de kring van het Gekrookte Riet wordt in toenemende mate bevolkt en beïnvloed door separatis­tisch- en evangelisch- en con­gregationalistisch denkenden. De oudere garde hervormd denkenden is niet bij machte gebleken het kerkbesef op de jongere garde over te dragen; de jongere garde voelt zich geestelijk vaak wat verheven boven de ouderen.

Handen slap gemaakt. Reeds in Putten werden zijdelings uitspraken gedaan waarvan je vrezen moest dat dit de kracht zou wegnemen. Ik denk aan de hoge eisen die de toenmalige voorzitter, ds. C. van den Bergh, stelde aan de profeet die in deze tijd voor de waarheid zich in het gericht begeeft. Men moet de profetenmantel waardig dra­gen, men zal een profetenhart moeten hebben, enz. (8) Wie dit zegt, kan niet verwachten dat het verzet levend zal blijven. Eerder zal ieder zich "nederig" bij de genomen synodebesluiten neerleggen. Na bijna 4 jaar was het vuur­tje inderdaad gedoofd. Ook werd in Putten geen schuld beleden over begane zonden. Zou er dan zomaar heil ver­wacht kunnen worden?

Anderen hebben de handen slap gemaakt door alleen de MANIER WAAROP SOW gestalte krijgt te bekritiseren. Men noemde de manier ongeeste­lijk. Maar dat is geen deugdelijk argument! Want dit laat de inhoud van SOW onaangetast. Zo kon de volkskerk verdwijnen, het verbond verbroken worden, het remonstrantisme winnen, de gereformeerde belijdenis weer­sproken worden in de nieuwste kerkorde. Velen doen mee, zijn blij met hun slappe handen, maken zich mee schuldig, buigen voor de Baäl van de menselijke autonomie, en laten de sociologie heersen over de theologie in de kerkelijke regering.

Weer anderen hebben zich afgescheiden van de NHK, en daarmee de laatste resten van verzet tegen SOW in de Geref. Bond mee helpen breken, en zij hebben zodoende veler handen slap gemaakt.

En verder? In de tijd van de remonstrantse woelingen (1610-1619) werd het voorbeeld gegeven door de Classis Dordrecht. Deze classis, die het hele gebied van de Al­blasser­waard besloeg, hield voet bij stuk en bewees hulp aan eenzame gemeenten in overwegend remonstrantse gebie­den. Hierover is geschre­ven door prof. dr. A.Th. van Deursen in zijn boek "Bavia­nen en slijkgeuzen". Ook in die tijd vertoonde de kerk scheuren. Opmerkelijk is dat de Alblasserwaard nog steeds verzet biedt in deze. Laat men als classis (indien moge­lijk voltallig) het spoor der slijk­geuzen volgen. De slijkgeuzen waren niet op afschei­ding uit. Slechts kwaad­willige remonstranten konden deze smaad op hen leggen. Het is niet eerlijk dat de Geref. Bond ach en wee roept en daarom maar overgaat naar de VPKN om zogenaamde "scheuren" te voorkomen, want de Bond heeft altijd aan allerlei "scheuringen" van gemeenten meegedaan (als men het zo noemen mag) in de prak­tijk. Verder is het voorbarig van dr.ir. van der Graaf om te stellen dat een gemeen­te hier en daar en een classis hier en daar niet de Hervormde kerk zou zijn. Als dat niet zo is, dan waren Gomarus en prins Maurits in hun tijd (voor 1619) ook afge­scheidenen! De eerste die dit durft te beweren, moet ik nog ontmoeten. Daarom moet men zich niet meer laten be­driegen door kerk­po­li­tieke geluiden die vandaag ontstaan en morgen weer ver­stommen. Hervormd blijven zal vandaag echter wel erger­nis oproepen, maar... het kan later een zegen blijken te zijn voor broeders die zich nu hebben laten verleiden om het erfdeel los te laten. Nog altijd geldt immers dat het blòed der mar­telaren (en niet hun knieval) een zààd is. En kregen som­migen niet juist ver­trouwen door de gevàngen­schap van Paulus?! (Filipp. 1:14.) Ter overdenking!

Verder dan de "boze dagdroom" (te lezen in dit blad van maart 1995) ben ik overigens niet gekomen. Het zal ook niet mogelijk zijn om het "onrein gevogelte", oftewel degenen die zich willen verharden, ervan te weer­houden om de "kooi van Rome" binnen te vliegen.

Noten

1. Dagblad Trouw, 23 september 1996.

2. Reformatorisch Dagblad, 23 september 1996.

3. Vergelijk: Openingswoord ambtsdragersvergadering 21 november 1992 te Putten; opgenomen in: Ds. C. van den Bergh, Aanschouw het Verbond, p. 7vv.

4. H.F. Kohlbrugge, Door Zijne wonden is ons genezing geworden, p. 110.

5. Dr. ir. van der Graaf en Ds. Kamphuis wezen in Amers­foort de gedach­te van de hand dat oecumene met Rome onze volgende stap zal worden. Men wimpelt dit alarm te licht­vaardig af; men ziet helaas niet in dat het protestantisme op allerlei wijze reeds aan de roomse theolo­gie went, met name via de ethiek en de basisformules van verenigingen als VBOK en NPV. Men ziet niet in dat het voor de hand ligt om een plaatsje in de roomse kerk te accepteren, aangezien een man als Martin Boos in de 18e eeuw ook evangelisch heeft gepreekt bij Rome. Zie: Maandblad Prot. Ned., april 1986.

Ook buiten de NHK is de onkunde op dit punt groot; denk slechts aan de uitspraak van ds. C.J. Meeuse, predikant van de Ger. gem van Vlaardingen, die vindt dat onze belijdenis niets zegt over euthanasie en dat deze derhalve voor uitbrei­ding in aanmerking komt. Heeft ds. Meeuse nooit Zondag 40 van de Heid. Cat. gele­zen? Erger is dat hij kennelijk "de waarde van het mense­lijke leven" in de belijdenis opgenomen wil zien. Zie: RD 5 okt. 1996. Maar dit is een natuurrech­telijke, roomse formulering die geënt is op het schema natuur en boven­natuur, waarbij men met natuurlijk inzicht kan geloven dat het leven beschermwaardig is in zichzelf. Dit staat haaks op de refor­matorische leer, want wij belijden dat wij van nature geneigd zijn tot haat. Niet ons inzicht, maar Gods gebod verbiedt de doodslag; alleen hierdoor vindt het leven bescher­ming, en wel op tweeërlei wijze: ten eerste wanneer God de onbekeerde mens beteu­gelt, ten tweede wanneer er in de gelovigen door de genade van de Heilige Geest een klein begin­sel der nieuwe gehoor­zaamheid gekomen is nadat zij in Christus zijn inge­lijfd. Maar helaas, Christus wordt tegenwoor­dig overgeslagen; men stapt regel­recht naar de ethiek toe, en dat is met name voor het niet-litur­gisch ingestelde kerk­volk de eerste stap naar Rome!

6. Drs. W. Chr. Hovius, Wie zal... verhef Gij...

7. Ds. L.H. Oosten, Bewaar Uw kerk.

8. Ds. C. van den Bergh, Aanschouw het verbond, p.11.


Geen opmerkingen: